Zwangerschap: de basis

In deze blog gaan we het hebben over de basis van zwangerschap. We gaan in een tijdlijn een aantal hoogtepunten doornemen, en onderweg bespreken we de belangrijkste hormonen en zwangerschapskwaaltjes.

In het kort zwangerschap: de basis is dat het 9 maanden duurt, ergens tussen de 37 en de 42 weken, onderverdeeld in het eerste trimester, tweede trimester en het derde trimester. De zwangerschapsduur wordt berekend vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie. Gemiddeld twee weken later vinden de ovulatie en de bevruchting plaats. De eerste twee weken van de zwangerschap krijg je dus eigenlijk cadeau, want technisch gezien ben je nog niet zwanger; er is nog geen embryo aanwezig. Na de bevruchting gaan de cellen van de embryo heel veel delen. Over deze eerste delingen, de ontwikkeling van organen en de groeiperiode leer je in de serie over embryologie. 

Het eerste trimester

Na ongeveer 4 tot 5 weken zwangerschap kan een zwangerschapstest positief worden, waar we het zo nog even over gaan hebben. Vanaf 6 weken kan er een kloppend hartje gezien worden op de echo. En na 8 weken zwangerschapsduur noem je het kindje geen embryo meer, maar een foetus, want alle orgaanstelsel zijn in aanleg aanwezig. Het zal een foetus blijven heten totdat het geboren wordt. Daarna noemen we het natuurlijk een baby.

In de eerste weken van de zwangerschap stijgt hCG snel. Dit hormoon is dan ook wel het meest bekend van de zwangerschapstest. Als je overtijd bent, oftewel niet ongesteld geworden op de dag dat je het wel verwacht had, dan kan je een zwangerschapstest doen. Er zijn ook vroege zwangerschapstesten beschikbaar die een paar dagen eerder al het hCG kunnen oppikken.

In het lichaam heeft hCG de belangrijke taak om het corpus luteum in leven te houden. 

Het corpus luteum, oftewel wat overblijft na de eisprong, is essentieel in de eerste weken van de zwangerschap. Het maakt namelijk progesteron aan, het hormoon dat ervoor zorgt dat je zwanger blijft. Dat doet het op allerlei manieren:

  • Door de baarmoeder, oftewel de uterus, te remmen. Beter gezegd te laten relaxen om te voorkomen dat er weeën ontstaan;
  • Door ervoor te zorgen dat het afweersysteem van de zwangere het embryo niet afstoot.

In de eerste 8 weken van de zwangerschap wordt het progesteron door het corpus luteum gemaakt. En vanaf ongeveer 6 weken zal de placenta, die in de tussentijd is gevormd, deze functie gaan overnemen tot aan het einde van de zwangerschap. 

Ook beginnen in het eerste trimester vaak de zwangerschapskwalen. De bekendste is zwangerschapsmisselijkheid, veroorzaakt door de hoge hCG-spiegels. Ook zijn zwangeren vaak sneller moe, kunnen ze gevoelige borsten hebben, vaker moeten plassen en last hebben van stemmingswisselingen. 

In de eerste paar weken van de zwangerschap is het belangrijk om extra foliumzuur te slikken als zwangere. Dit kan een open ruggetje of een gerelateerde hersenafwijking bij het kindje voorkomen. 

Het hormoon oestrogeen zal stijgen gedurende de hele zwangerschap. Dit hormoon heeft een breed scala aan functies, waaronder het stimuleren van de doorbloeding van de uterus, de placenta en het stimuleert de hormoonproductie in de foetus zelf, met name uit de bijnieren. En het bereid het borstweefsel voor op borstvoeding, samen met het hormoon prolactine. En het bereid het spierweefsel in de baarmoeder voor op het maken van weeën. 

Het tweede trimester

In aanleg zijn in het tweede trimester alle organen van de foetus aanwezig. Tot aan de vingerafdrukken is de kleine foetus al compleet. Het hoeft alleen nog maar verder uit te rijpen en te groeien. 

  • Rond de twaalfde week kan de termijnecho worden gedaan, waar op basis van de lengte van de foetus de uitgerekende datum kan worden uitgerekend.
  • Bij de 13 weken kan er – op dit moment nog in onderzoeksverband – gekozen worden voor de 13 weken echo, waarbij grove anatomische afwijkingen kunnen worden opgespoord. 
  • Rond de 14 tot 16 weken kan het geslacht per echo worden gezien, dus in deze tijd plannen veel zwangeren een pretecho in. 
  • Vanaf ongeveer week 18 kan de zwangere de eerste kindsbewegingen gaan voelen. Al is dat soms pas veel later voelbaar. Dat is onder andere afhankelijk van de ligging van de placenta. En het is natuurlijk hartstikke leuk, maar het geeft ook een extra manier om het kind in de gaten te houden. Kindsbewegingen, en met name minder kindsbewegingen voelen (ook wel minder leven voelen genoemd), is altijd een alarmsymptoom om direct contact op te nemen met de behandelend verloskundige of de gynaecoloog. 
  • De twintigste week is het meest bekend van de 20 weken echo, waar eventuele anatomische afwijkingen kunnen worden opgespoord. 
  • Vanaf de vierentwintigste week is er weer een bijzondere mijlpaal: de foetus is levensvatbaar, oftewel het heeft een kans van overleving bij een vroeggeboorte. Het is dan wel een hele moeizame weg hoor, dus het kan beter nog een paar weken blijven zitten. En tegelijkertijd is deze levensvatbaarheid mijlpaal ook de grens waarbij er in Nederland nog abortus mag worden uitgevoerd. Daarna is het strafbaar en worden er alleen uitzonderingen gemaakt voor zeer zwaarwegende medische redenen.

Vaak zijn er in het tweede trimester relatief de minste zwangerschapskwalen. Wel kan de zwangere last krijgen van obstipatie, een verhoogde hartslag en meer huidpigmentatie, zoals een zwarte streep midden op de buik. Ook kan er lichte bloedarmoede, oftewel een anemie, optreden. Vaak neemt de zwangerschapsmisselijkheid wat af tijdens het tweede trimester door het dalen van het hCG. 

Het derde trimester

In het derde trimester staat de foetus-groei centraal. Alles is in principe af, maar het moet nog groter groeien en meer reserves opbouwen. Het groeit hard in lengte en gewicht.
Ook zal de foetus omdraaien, zodat het hoofdje beneden komt te liggen. Rond week 36 wordt hierop gecontroleerd door te voelen of door middel van een echo. Als het kind niet gedraaid is, dan noemen we dat een stuitligging. Er kan dan in het ziekenhuis geprobeerd worden om het kindje te laten draaien door met de handen de foetus een soort koprol te laten maken.

Tegen het einde van de zwangerschap zal de gevoeligheid voor progesteron in de baarmoeder steeds verder afnemen: de weeën hoeven niet langer voorkomen te worden. En er is dus meer oestrogeen, oftewel uterus stimulerend, dan progesteron (uterus remmend). Oftewel de uterus wordt steeds meer vrijgegeven om weeën te kunnen gaan maken. Dit vrijgeven wordt door heel veel andere zaken ook gereguleerd, maar voor deze blog gaat dat te diep. 

Dan het hormoon CRH, wat aanzet om ACTH te produceren en daarmee aanzet om cortisol te produceren. Er wordt gedacht dat CRH het startsein is voor de bevalling. De aanmaak van cortisol in de foetus zal hierbij voor een positieve feedbackloop gaan zorgen, rond de drie tot vijf weken voorafgaand aan de bevalling. Waarbij alle weefsels, zowel van de zwangere als van de foetus, worden klaargemaakt voor de naderende bevalling. Hoe dit precies werkt is nog niet helemaal duidelijk. Maar het is dus het kind dat de timing verzorgd van de bevalling, en niet de zwangere. 

Dan als laatste het hormoon oxytocine. Deze heeft een belangrijke functie tijdens de bevalling. Het zorgt namelijk voor de weeën. 

In week 40 is de uitgerekende datum, maar 95% van de baby’s wordt geboren op een andere dag. Dus hoewel deze datum voor de zwangere gedurende de hele zwangerschap een datum is om naartoe te leven, is de kans uiteindelijk heel klein dat de baby daadwerkelijk op die dag geboren wordt. Er is eigenlijk sprake van een uitgerekende maand. 90% van de baby’s wordt tussen de drie weken vóór de uitgerekende datum en de twee weken na de uitgerekende datum geboren.

Alle bevallingen vóór de 37 weken noemen we een vroeggeboorte, of ook wel een premature bevalling. Alle bevallingen na de 42 weken noemen we overdragenheid, of ook wel serotiniteit. 

Het laatste trimester kan de zwangere last krijgen van bekkeninstabiliteit, doordat de gewrichten en ligamenten soepeler worden ter voorbereiding op de bevalling. Door de grootte van de uterus kunnen spataderen ontstaan, omdat de uterus op de onderste holle ader drukt. Ook drukt de uterus tegen de longen aan, waardoor zwangeren snel ademtekort kunnen hebben. Verder is rugpijn en algeheel oncomfortabel zijn door het gewicht en de grootte van de buik een veel voorkomende klacht. 

Zwangerschap en bevalling zijn interessante, magische, maar soms ook medische momenten in iemands leven. Leer over de medische kant van zwangerschap en bevalling in de Juf Danielle Academie, onder andere met behulp van deze Anatomie Kleurplaat:

Belangrijkste begrippen

Hieronder vind je een kort overzicht van de belangrijkste begrippen in deze blog:

  • Foetus = de naam van het kindje vanaf 8 weken zwangerschap tot aan de geboorte
  • Embryo = de naam van het kindje in het eerste trimester
  • Overtijd = niet ongesteld geworden op de dag dat je het wel verwacht had
  • Corpus luteum = geel lichaam, onderdeel van een eierstok dat gevormd wordt uit de follikel na eisprong en zorgt voor progesteronproductie
  • Uterus = baarmoeder
  • Levensvatbaar = kans van overleving bij een vroeggeboorte
  • Stuitligging = positie van een kind in de baarmoeder met de stuit of de voetjes naar beneden
  • Prematuriteit = vroeggeboorte, bevalling vóór 37 weken zwangerschap
  • Serotiniteit = zwangerschap die langer duurt dan 42 weken

Zoeken:

Categorieën:

Categorieën

Youtube, Instagram, Facebook

Gratis download

Word lid van de

Juf Danielle Academie:

Leuk leren over het menselijk lichaam

Het online platform om te leren over anatomie, fysiologie, pathologie en farmacologie.

  • 300+ uitlegvideo’s
  • 2500+ oefenvragen
  • 1000+ flashcards
  • 300+ Actieve Samenvattingen
  • 8 anatomie kleurboeken


En elke week komt er meer bij!